Op onze oproepingsbrieven aan de kiezers staat “De stemming is verplicht”. Zo staat het ook in onze Grondwet sinds 1893: “De stemming is verplicht en geheim”.
In de praktijk organiseren we het als volgt: alle kiezers zijn verplicht om zich in het stembureau aan te melden. Dat heet de opkomstplicht. Maar of je al dan niet stemt in het stemhokje, blijft geheim. Niemand kan je verplichten om effectief een geldige stem uit te brengen. Je kunt ook blanco of ongeldig stemmen.
België is een van de weinige landen waarin een opkomstplicht geldt. De opkomstplicht bestaat ook in Griekenland, Luxemburg, Australië, Argentinië en een beperkt aantal andere landen.
De opkomstplicht staat in de Grondwet. Dat betekent dat dat moeilijker te wijzigen is dan een gewone wet. De meeste regels van ons kiessysteem kunnen met een gewone wet geregeld worden. Maar de Grondwet kan maar veranderd worden door een beslissing van twee opeenvolgende parlementen. Eerst moet de federale regering en een meerderheid van het parlement zich bereid verklaren om het artikel van de Grondwet "voor herziening vatbaar" te verklaren. Daarna wordt het parlement ontbonden, komen er nieuwe verkiezingen en het volgende parlement kan het artikel met een tweederdemeerderheid wijzigen.
Wat gebeurt er als je niet gaat stemmen?
Je opkomstplicht niet nakomen, is een overtreding van de wet. Dat kan bestraft worden met een geldboete. Het gerecht moet het initiatief nemen om de niet-stemmers te vervolgen, maar dat gebeurt niet vaak. Er bestaan overtredingen die voor het gerecht een hogere prioriteit hebben dan niet gaan stemmen.
De meeste kiezers houden zich wel aan hun plicht. De opkomst ligt in België op meer dan 90 % van de kiezers. Een kleine 10 % komt niet opdagen. Van de kiezers die zich aanbieden, brengt ongeveer 8 % een blanco of ongeldige stem uit. Die kiezers komen dan wel, maar laten hun stem niet horen.